44. De muziekleraar, de leerlingen en de rockopera: NS Dansorkest met Wander Is Geboren




Op mijn middelbare school Sancta Maria in Haarlem gaf Job ter Steege onze klas een uur muziekles per week. Muziek was in de onderbouw een verplicht vak.

Ter Steege had in zijn lokaal een grote zwarte vleugel op een podium neer laten zetten, met eromheen de tafels en stoelen in een hoefijzervorm. Aan de muur achterin het lokaal hing een levensgrote zwart-wit foto van hemzelf.



Wij, zijn leerlingen, vormden het publiek en mochten de voorstelling pas verlaten, nadat hij de laatste noten had laten weerklinken. Hij opende en sloot de lessen in zijn eentje, luidkeels zingend, onderwijl hamerend op het klavier.

Wanneer hij zong, verschenen schuimbelletjes in zijn linkermondhoek en rolde hij met zijn ogen. Vooral wanneer de tekst een schuine wending nam, zoals in Boudewijn de Groots Tante Julia, zette hij nog een tandje bij: "Maar haal uw BORSSSTTTENNNN van mijn schouder!"



Hij had vettig, halflang haar tot in de nek en droeg meestal dezelfde, verstelde vaalblauwe spijkerbroek en een donkere sweater met de naam van een Amerikaanse universiteit erop die bolde over zijn buik. Hij droeg Beatle-laarsjes met een wijverig lipje achter aan de schacht. Hij was cynisch en onvriendelijk en maakte graag grappen ten koste van anderen.



In de tweede klas moesten we allemaal de zangpartij van een liedje instuderen. Ombeurten zouden we die, begeleid door Ter Steege, voor de klas ten gehore brengen. Jeroen was de eerste en had House Of The Rising Sun van The Animals gekozen. Zenuwachtig ging hij tussen de vleugel en de klas staan, met zijn gezicht naar ons toe. Ter Steege kroop met een grijns achter de toetsen. "Laat maar horen, Jeroen." Jeroen begon bibberend en met overslaande stem te zingen.



Na één couplet en één refrein stopte Ter Steege abrupt met spelen, draaide zich om op de pianokruk en sprak: "Dit is wat er gebeurt, als jongetjes de baard in de keel krijgen." De klas barstte in lachen uit. Ik vond het ongemakkelijk en lachte niet. Erna hoefde niemand meer te zingen, Jeroen was de eerste en enige geweest.

Later, vanaf de jaren negentig, is Ter Steege voor een landelijk onderwijsblad columns gaan schrijven over didactiek om zijn inzichten over lesgeven onder de massa's te verspreiden.



Voor ons op Sancta Maria had hij een liedbundel samengesteld met daarin songs uit bijna tachtig jaar popgeschiedenis. Hij was een groot fan van The Beatles, maar ook dol op Hava Nagila, Aan De Oever Van De Rotte en soortgelijke deunen. Maar het meest hield hij van The Who, in het bijzonder van rockopera Tommy. Dit stuk muziekgeschiedenis behandelde hij integraal in de tweede klas. Hij raakte niet uitgepraat over het thema van het album: het messiasverhaal in een hedendaags jasje. Voor velen van ons was dit werk van The Who helemaal niet hedendaags, maar stokoud en volkomen achterhaald. De meeste klasgenoten zaten tot aan hun nek in de jaren-tachtig-elektropop en -disco, of in de new wave. Ik geloof dat ik één van de weinigen was, die de muziek van The Who mooi vond, hoewel Ter Steege er alles aan deed, me die tegen te maken.



Hij bleef maar doorzeuren over de sexuele handelingen die Wicked Uncle Ernie in het nummer Fiddle About verrichte met de minderjarige hoofdpersoon Tommy. Die had daarin natuurlijk helemaal geen zin, maar was geen partij voor zijn veel sterkere, oververhitte oom. Over The Acid Queen, die zich óók al als een pervers roofdier op onze held stortte. En zo ging het maar door. Ter Steege wist werkelijk overal een plakkerige sexdraai aan te geven, terwijl de plaat dergelijke passages weliswaar bevat, maar lang niet overal.

Wie had, na dit vreselijke muziekdebacle, ooit gedacht, dat ik met mijn band NS Dansorkest zelf nog eens zou gaan schrijven aan een heuse rockopera?

Het stuk gaat Wander heten en verhaalt over een jongen die geboren lijkt voor de liefde, maar daarin het geluk niet vindt en uiteindelijk, na vele jammerlijke relationele mislukkingen, diep ongelukkig de dood vindt.



Het openingsnummer, Wander Is Geboren, brengen we uit als single. Al eerder kwam het nummer De Zweep voorbij, waarin Wander tot de liefde denkt te kunnen geraken door de ervaring van felle lichamelijke pijn, hem toegebracht in een SM-kelder door een meedogenloze dominatrix.

Rebecca zette mij en Jeroen op het spoor van dit muziekproject, toen ze aan de keukentafel opperde: "Jullie moeten een keer een musical of opera schrijven. Dat is iets wat jullie nog niet gedaan hebben, maar waar de teksten zich goed voor zouden lenen."

Ik wist meteen: dát gaan we doen!

Terwijl ik dit schrijf, laat ik de nummers die bijna voltooid zijn spelen op de stereo en voel de opwinding: dit gaat een mooie plaat worden, een heuse rockopera. Niet meer van deze tijd, zo'n project, maar dat is juist een puntje in ons voordeel, want modieus en eigentijds zijn oninteressante, diepburgerlijke begrippen voor onzekere mensen die erbij willen horen.



Martijn Rutte, 14 september 2024

De foto hierboven van mij met mijn fiets bij het tempeltje in het bos tussen Sancta Maria en het Huis Met De Beelden van 13 oktober 2023. Op deze plek hingen mijn vrienden en ik gedurende de pauzes tussen de lessen regelmatig rond in de jaren 1982 tot 1987. Het was toen erg vervallen, overgroeid en aan het zicht onttrokken.

Jan Sjaarda heeft het kiekje genomen.