13. Optreden met zere billen: Tunnelfist met Calling From The Desert (Live at De Hoeve)




Na het nodige belwerk had ik een optreden geregeld voor Tunnelfist in De Hoeve in Hoofddorp. Life To Us ging mee als voorprogramma. De Hoeve stond al enige jaren op mijn verlanglijstje. Niet omdat het nu zo'n geweldig of druk bezocht podium was, maar omdat ik er in de jaren '80 de meeste van mijn helden had zien optreden: Claw Boys Claw, The Fatal Flowers, De Boegies, Spasmodique en Blue Murder. Op vrijdag- en zaterdagavonden fietste ik erheen vanaf Hillegom, de lange Hoofdvaart volgend. Op de terugweg wel oppassen, dat de lokale brommerjeugd me niet de vaart inreed. Onbehouwen volk in de Haarlemmermeer, in elk geval in die jaren.



De Oostenrijkse programmeur boekte ons op een zaterdagavond. Er kwam een mooi postertje in Hoofddorp en omstreken te hangen, in stemmig zwart-wit, zoals het ook in de jaren '80 ging. Kort voor het optreden moest Jos geholpen worden aan wratten in de bilnaad. De operatie kon niet uitgesteld, want hij had veel last. In die tijd hebben wij heel vaak de grap gemaakt, dat het een straf was voor de eindeloze stroom anaal gefixeerde grappen die hij debiteerde. We spraken af, dat Louis en ik de apparatuur naar De Hoeve zouden rijden, Jeroen het transport van de drums voor zijn rekening nam en dat Louis de zang bij de soundcheck zou doen bij ontstentenis van Jos. Die laatste zou Louis pas na de soundcheck, op het allerlaatste moment, in ons Toyotaatje afhalen van diens huis aan de Albert Cuyp.



Zo gezegd, zo gedaan. Ik kan mij, met een geheugen voor zinloze details, nog herinneren wat Jos ongeveer ter begroeting zei bij aankomst in De Hoeve: "Zo vrienden, het is alsof ze een woedende bever in mijn anus hebben genaaid die zich een uitweg naar buiten probeert te knagen!" Zijn inzet tijdens het optreden was er niet minder om. Hij was in topvorm. Het t-shirt ging uit, de zaal werd bespeeld met onzin, kreten en vuiligheid. We spelen hier en daar een tikkie houterig, maar voor de inzet geef ik ons een 9.



De Oostenrijkse programmeur deed ook het geluid. Hij had een voorliefde voor diepe echoputgeluiden. Hij heeft tapes laten meelopen vanaf het mengpaneel en daardoor hebben we dit optreden als cd kunnen uitbrengen, Tunnelfist Live at De Hoeve. De band zit in een overgangsfase. We spelen nummers van onze eerste cd, Instinct, maar hebben ook al nieuwe, meer poppy ideeën als Angel At My Table, Calling From The Desert en Berlin in de aanbieding.



Ik had problemen met mijn Kustom-gitaarversterker. Een geweldige apparaat dat zich had vermomd als een skai-leren bankstel, inclusief ribbelpatroon. De lampjes op het paneel met de knoppen gaven een louche blauw licht. Ik had het geval begin jaren '90 gekocht, toen ik met Jos in Pale Maggot speelde. Bij De Soundshop in de Witte De Withstraat in Amsterdam-West. Voor 700 gulden, waardoor ik de rest van de maand louter aardappelen en brood met aardbeienjam at.



Toen ik met Tunnelfist toerde, had het beestje zijn beste tijd gehad. In De Hoeve viel hij aan het begin van het optreden terug in geluid, waardoor mijn gitaar een dun, krassend geluid voortbracht in plaats van de gewenste volle klank. Ten einde raad gaf ik met mijn gebalde vuist een enorme hengst op de top. Het geluid kwam met een harde kraak terug en bleef de rest van het optreden. Ik ben kort erna op zoek gegaan naar vervanging. De Kustom heb ik verkocht aan een liefhebber uit Wierden, Twente, die het apparaat eigenhandig wilde reviseren. Mooi detail: David Gilmour van Pink Floyd speelde op zo'n soort Kustom tijdens de opnames voor Live at Pompei, één van mijn favoriete concertregistraties. Kustom legde zich als één van de eerste fabrikanten toe op het bouwen van transistorversterkers. Dat was toen een noviteit. Tot die tijd hadden versterkers "buizen", brandende langwerpige lampjes in de versterkerkast. Die braken nog wel eens tijdens transport, lieten het geluid na verloop van tijd "wiebelen" omdat ze niet meer constant brandden en werden gloeiend heet. Een transistor heeft dat allemaal niet, is veel minder kwetsbaar en minder onderhoudsgevoelig. Maar klinkt vaak scheller, minder "warm" dan een buizenversterker. Uiteindelijk is het maar een voorkeur.



Het optreden was goed bezocht, niet in de laatste plaats doordat het voorprogramma een stoet fans uit het Haarlemse op de been had gebracht. De mensen reageerden enthousiast op beide bands. We hadden een heerlijke avond. Na het optreden snorde Louis Jos richting Amsterdam. Jos moest scheef hangend op de bijrijdersstoel plaatsnemen, omdat hij, vanwege de pijn die dat zou veroorzaken, niet bovenop zijn bips kon gaan zitten. Ik bleef met mijn broer en een goede vriendin van ons, Ildi, hangen tot sluitingstijd, om daarna met een gitaar om de nek en met zijn drieën op twee fietsen naar Hillegom te rijden, waar we overnachtten bij mijn broer. Pas jaren later heb ik de tapes van het concert goed onder de loep genomen en er een cd van gemaakt. Daarvan hoor je hier Calling From The Desert.



Overigens openbaart zich op deze plaat ook de hebbelijkheid van Jos, andermans teksten op eigen liedjes te zingen, zonder hiervan netjes melding te maken. At A Later Date met, inderdaad, een tekst van Ian Curtis van Joy Division. Warfrog met een tekst van Jim Morrison van The Doors. Daar heet het nummer overigens Peace Frog. Toen ik Jeroen, veel later, 's vertelde, dat deze en andere teksten rechtsstreeks uit de koker van de sombermans uit Manchester en de opgeblazen narcist uit Los Angeles kwamen, was hij diep geschokt. "Maar dat heeft Jos nooit gezegd, ook niet, toen ik nummers bij Buma heb aangemeld!" Jos zag er gewoonweg het belang niet van in, om dit fatsoenlijk af te handelen. Jeroen kon daar niet over uit. Afijn, de erven hebben zich tot op heden niet gemeld, dus het zal wel loslopen.

Tenslotte bedank ik Marie-José, Roel en mijn moeder voor de foto's bij dit verhaalje. Ze zijn genomen bij optredens van Tunnelfist in Anno64 en Im Eimer in Berlijn en een café in Haarlem waarvan ik de naam vergeten ben.

Martijn Rutte, 10 februari 2024